Praktisch gebruik

De grootste moskee van Europa & de dialoog

Module De Grootste Moskee van Europa leent zich goed voor het startpunt Blok: Dialogiseren in gesprek, aangezien veel leerlingen ‘vanuit zichzelf’ een mening over dit onderwerp hebben. Dit startpunt kost extra tijd tijdens de lessen en richt zich meer op de vaardigheid van de dialoog. Het andere startpunt Blok: Luisteren naar de ander kan ook heel goed gebruikt worden. Bij beide startpunten kan onderstaande verdeling gebruikt worden.

Blok: Dialogiseren in gesprek                                                
Duur 10 minuten

  • Introduceer het onderwerp: moskeebouw in Nederland. Laat afbeeldingen zien van de Essalam moskee in Rotterdam en Fatihmoskee in Amsterdam.
  • Verdeel de klas in duo’s of trio’s;
  • Laat leerlingen ongeveer 3 minuten spreken over moskeebouw in Nederland.
  • Deel na de gesprekken rubrics 1 uit;
  • Laat leerlingen met elkaar bespreken waar in de rubrics zij op dit moment staan en waarom.

Blok: Luisteren naar de ander                                                       
Duur 5-10 minuten

  • Maak een keuze uit onderstaande opties qua teksten:
    • We hebben maar één tempel aan de Maas en dat is De Kuip;
    • Nooit meer bidden in de kou;
    • De grootste moskee West-Europa geopend in Rotterdam (NRC);
  • Lees de tekst voor;
  • Leerlingen luisteren en schrijven op waar het over gaat;
    • Geef aan dat de leerlingen niet mogen interpreteren maar zuiver opschrijven wat er gezegd wordt. Objectief dus.
  • In duo’s controleren de leerling elkaars ‘samenvatting’;
  • Kort bespreken wat goed ging en wat lastig was.

Blok: Luisteren naar jezelf                                                             
Duur 5 minuten

  • Leerlingen schrijven hun eigen mening op over moskeebouw in Nederland. Deze mening moeten ze goed verwoorden en onderbouwen.

Blok: Goede voorbereiding                                                             
Duur wisselt

Het is mogelijk om dit blok als huiswerk op te geven.

  • Leerlingen gebruiken de materialen van Omstreden Zaken die niet gebruikt zijn bij Blok: Luisteren naar de ander als verdiepingsmateriaal. Ze inventariseren in dit blok of hun eigen mening stand houdt;
    • Met name de verdiepingstekst De grootste moskee van Europa zorgt voor nuancering en onderbouwing van de mening van leerling.
  • Leerlingen vullen hun eigen mening aan met extra onderbouwing uit de artikelen;
  • Leerlingen bedenken welke verdiepingsvragen gesteld kunnen worden aan de hand van hun standpunt én bedenken welk antwoord zij daarop kunnen geven.

Blok: Dialogiseren in drie rollen                                                    
Duur 10-15 minuten

  • Verdeel de klas in trio’s;
    • Wanneer het zo uitkomt kan dit blok ook in duo’s uitgevoerd worden. De rol van observant komt dan te vervallen.
  • De leerlingen bekijken Rubrics 2, zodat zij weten waar iedere rol aan behoort te voldoen;
  • De leerlingen verdelen de drie rollen en beginnen het gesprek over moskeebouw in Nederland opnieuw;
    • Wanneer het gesprek stilvalt of in herhaling vervalt wordt er gewisseld;
    • Iedereen speelt alle rollen 1x.
  • Wanneer iedereen geweest is, wordt binnen de groep besproken waar men staat in Rubrics 2 en waarom.
  • In deze groep wordt tevens bepaald, aan de hand van de opgedane kennis, waar iedereen staat in Rubrics 1 en waarom.

Blok: Dialogiseren in gesprek                                                                     
Duur 10 minuten

  • De klas wordt verdeeld in duo’s
    • Wanneer dit blok ook het startpunt was, dan kunnen dit dezelfde duo’s zijn.
  • Er wordt opnieuw gesproken over moskeebouw in Nederland, maar nu moeten de duo’s alle rollen in één keer vervullen. Beiden moeten dus hun mening kunnen geven én doorvragen.
  • Ook wanneer leerlingen het met elkaar eens zijn, moet de ander volledig begrepen worden;
  • Na afloop van de dialoog wordt samen bepaald waar de leerlingen in de rubrics staan én wat die leerling moet verbeteren om een stapje verder te komen.



Rubrics 1: Dialogiseren in gesprek

Niveau 1
Ik geef mijn eigen mening en luister niet/slecht naar de ander. Ik ben bezig om mijn eigen gelijk te krijgen. Ik stel geen verdiepingsvragen, omdat ik niet echt bezig ben met de mening van de ander. Wij voeren geen gesprek maar twee monologen. Ik ben degene die de boventoon voert in het gesprek.
Niveau 2
Ik geef mijn mening en luister naar de ander. Ik probeer de ander van mening te laten veranderen. Ik geef vooral tegenargumenten en vergeet daardoor nog weleens verdiepingsvragen te stellen. Wij voeren eigenlijk geen gesprek, maar praten langs elkaar heen. Ik ben degene die stiller wordt in het gesprek.
Niveau 3
Ik geef mijn mening en kan argumenten noemen bij mijn mening. Ik luister naar de ander en probeer verdiepingsvragen te stellen. In deze vragen laat ik vaak mijn eigen mening doorschemeren. Er is één persoon die in het gesprek de boventoon voert.
Niveau 4
Ik geef een onderbouwde mening en kan ingaan op verdiepingsvragen. Ik luister aandachtig naar de ander, waarbij ik probeer mij niet te laten leiden door mijn eigen mening, wat nog niet altijd lukt. Ik stel toepasselijke vragen, die echt gericht zijn op het beter begrijpen van de ander. Wij proberen gelijkwaardige gesprekspartners te zijn, maar dit lukt nog niet altijd. Ik of de ander voert een beetje de boventoon.
Niveau 5
Ik geef een onderbouwde mening en ga inhoudelijk in op verdiepingsvragen. Ik luister aandachtig en zonder oordeel naar de ander en probeer te begrijpen waar die mening vandaan komt. Ik stel toepasselijke verdiepingsvragen, die echt gericht zijn op het beter begrijpen van de ander. Wij zijn gelijkwaardige gesprekspartners.

Rubrics 2: Dialogiseren in drie rollen

Niveau 1
antwoordgeverdoorvragerobservant
Ik kan mijn mening niet uitleggen.Ik ga de discussie aan met de antwoordgever en wil de ander graag overtuigen van mijn gelijk. Hierdoor stel ik bijna geen verdiepingsvragen.Ik bemoei mij continu met het gesprek en geef graag mijn mening. Ik ben niet / weinig bezig met het proces van de anderen.
Niveau 2
antwoordgeverdoorvragerobservant
Ik kan mijn mening moeilijk uitleggen en ik weet geen/ weinig argumenten ter onderbouwing. De doorvrager weet mij het zwijgen op te leggen.Ik probeer verdiepingsvragen te stellen, maar geef ook mijn eigen mening en wil eigenlijk gelijk krijgen. Achteraf kan ik de mening van de antwoordgever.Ik bemoei mij af en toe met het gesprek en geef daarbij ook (per ongeluk) mijn mening. Ik let ook wel op het proces, maar vind het lastig achteraf te verwoorden hoe het ging.
Niveau 3
antwoordgeverdoorvragerobservant
Ik kan mijn mening uitleggen en redelijk onderbouwen. Tegenargumenten kan ik soms verwerpen. Af en toe weet ik geen antwoord te geven op verdiepingsvragen.Ik stel verdiepingsvragen om de mening van de antwoordgever beter te begrijpen. Ik laat het merken wanneer ik het wel / niet eens ben met die mening. Achteraf lukt het mij om redelijk objectief de mening van de antwoordgever te herhalen.Ik bemoei mij niet met het gesprek. Ik luister alleen naar de anderen. Ik kan achteraf redelijk aangeven hoe het proces van de andere rollen ging.
Niveau 4
antwoordgeverdoorvragerobservant
Ik kan mijn mening uitleggen en onderbouwen. De meeste tegenargumenten kan ik verwerpen. Op bijna alle verdiepingsvragen weet ik antwoord te geven of vervolgstappen uit te leggen.Ik stel goede verdiepingsvragen, zodat ik de mening van de antwoordgever echt doorgrond en overtuigend kan navertellen. Hierbij laat ik mijn eigen mening helemaal achterwege.Ik observeer de verschillende rollen binnen de dialoog. Ik kan mensen ’terugfluiten’ als dit nodig is en blijf hierbij ook objectief. Achteraf kan ik het proces goed verwoorden en tips geven.
De Essalam moskee en de Kuip staan hemelsbreed 1 km bij elkaar vandaan

Mensen zijn boos. Wanneer zij naar dé heilige grond lopen in Rotterdam, voert de weg hen vlak langs een nieuw straatbeeld. Een beeld dat volgens verschillende media niet thuishoort in Nederland. Ze lopen, zingend, in de rood-wit-zwarte strijdkleuren, met een biertje in de hand, langs een moskee. Niet zomaar een moskee, nee…. Men zegt dat het de grootste moskee van Europa is! Ja, dit maakt mensen boos. Er is maar één tempel aan de Maas en dat is De Kuip!

Men zegt dat Nederland van oorsprong een christelijk land is. Dit is uiteraard afhankelijk van hoever je teruggaat in de tijd, maar laten we als uitgangspunt de groeiperiode in de 17e eeuw hanteren, toen bijna iedereen christelijk was. Tegenwoordig is dit steeds minder het geval. In grote delen van Nederland sluiten kerken de deuren, omdat zij op zondag leeg blijven. Steeds meer mensen bouwen hun eigen religie uit verschillende onderdelen die hen inspireren.
Zo halen zij rituelen uit het christendom, stilte-oefeningen uit het boeddhisme, levenslessen uit hun favoriete boeken en inspirerende personen uit sport. En bij iedereen is dit anders. Waar de kerk vroeger zorgde voor een gevoel van saamhorigheid, leven we nu in een samenleving van losse puzzelstukjes. De Nederlandse samenleving wordt opgebouwd door allemaal individuen die langs elkaar leven in plaats van met elkaar. Veel mensen verlangen naar meer eenheid, meer saamhorigheid. Iets dat iedereen met elkaar verbindt. Een belangrijke plek waar mensen saamhorigheid voelen is tegenwoordig tijdens muziek- en sportevenementen. In Rotterdam is dat Feyenoord. De club van het volk. Op wedstrijddagen voelt iedereen zich met elkaar verbonden. In het stadion zingt iedereen met één stem. Feyenoord verbindt.
Tijdens de wandeling naar deze verbintenis, ziet men in 2010 ineens iets totaal anders. Niet een verbintenis van het Feyenoord dat zij kennen en waar zij van houden, maar een gebouw dat in het stadsdeel Feijenoord iets vreemds is. Iets niet-Nederlands. Iets exotisch dat je alleen tegenkomt als je echt heel ver weg op vakantie gaat. Een moskee. Een echte. Een traditionele, met van die hoge torens, waar mensen dan vanaf kunnen zingen. En niet een traditionele zoals wij in Nederland gewend zijn van traditionele kerken. Nee, een traditionele zoals in het buitenland! Ineens staat daar, op weg naar de heilige Kuip die iedereen in Rotterdam verbindt, pontificaal een enorme moskee in een on-Nederlandse bouwstijl. Mensen worden boos over het grote vertoon en angstig om de twijfels die dit met zich meebrengt. Wat betekent dit voor de volkswijk Feijenoord? Waar dienen die torens voor? Komt er een oproep tot gebed? Schalt die dan ook door het stadion? Als er één moskee staat, volgen er dan meer? Wat betekent dit voor Nederland? Als steeds minder mensen christen zijn, wordt Nederland dan een islamitisch land? Veranderen daarmee de wetten? Ben ik dan niet meer welkom in mijn eigen land?

De oude en nieuwe Essalam moskee in Rotterdam

Veertig jaar lang de momenten van bezinning, inzichten en de connectie met God ervaren in een bedompt, klein gebouw. Op drukke dagen moeten de kinderen buiten bidden, omdat in het gebedshuis geen plaats voor ze is. Voor een mooi en nieuw gebedshuis is in de beginjaren geen geld. En dan is het eindelijk zover. Na jaren van hard werken is daar de beloning. God heeft geluisterd naar de gebeden. Eindelijk komt er een nieuw gebouw. Eindelijk nooit meer bidden in de kou!

Veertig jaar geleden had Nederland te weinig arbeiders, waardoor de regering mensen zocht uit het Middellandse Zeegebied. De selectieprocedure was streng en de mannen die mochten komen waren dankbaar. Ze waren dankbaar dat ze mochten werken, ondanks dat dit betekende dat zij hun familie achter moesten laten. Jarenlang werkten de mannen uit Marokko hier in Nederland, terwijl hun gezin nog in Marokko was. Zij hielpen Nederland met de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog en zorgden er zij-aan-zij met andere arbeiders voor dat de Nederlandse economie kon blijven draaien. De ruimte die de Marokkaanse mannen in Rotterdam konden gebruiken als gebedshuis leek in niets op de moskeeën in Marokko, maar het voldeed. De mannen werkten hard en stuurden een deel van hun geld naar huis, zodat hun gezin kon eten. Het liefst hadden ze natuurlijk hun gezin bij zich.
Na jaren gescheiden te hebben geleefd, maakte de Nederlandse overheid het mogelijk om gezinnen van arbeiders naar Nederland te halen. Alleen de mensen die aan zeer strikte regels voldeden kregen deze mogelijkheid. Hierdoor werd de geloofsgemeenschap ook groter en de gebedsruimte veel te klein. De mensen waren trots op wat zij bereikt hadden en dankbaar voor hun gezinnen. Arbeiders die Marokko misten gingen terug, degenen die bleven integreerden in de Nederlandse samenleving. Zij voelden zich hier thuis. In Nederland mocht je geloven wat je wilde geloven en was iedereen vrij om de identiteit aan te hangen die bij hen past. De kinderen van de eerste Marokkaanse arbeiders gingen in Nederland naar school, waardoor zij de cultuur nog beter leerden kennen. Ze vierden Sinterklaas en Koningsdag. Waar vader en moeder zich nog echt Marokkaans voelden, waren hun kinderen vooral Nederlanders. En hun kinderen ook, zeker als ze hier geboren waren. Nederlanders zonder echt gebedshuis. Maar daar kwam in 2010 eindelijk verandering in.
Eindelijk was er genoeg geld voor een echte moskee. De eloofsgemeenschap huurde in samenwerking met gemeente Rotterdam een architect in (Wilfried van Winden) om het gebouw te ontwerpen. De architect luisterde naar alle partijen en ontwierp een gebouw dat symbool stond voor openheid en pluriformiteit, mét de kenmerken van een echte moskee. Het resultaat, de Essalam moskee, oversteeg alle verwachtingen van de geloofsgemeenschap. Na jaren hard werken en jaren gescheiden zijn, was daar nu eindelijk een gebedsgebouw waar iedereen tegelijkertijd in paste. Tot grote verbazing van de geloofsgemeenschap begonnen de buurtbewoners, kranten en mensen op sociale media te klagen, nog voordat de eerste paal in de grond geslagen werd. Er werd gesproken over ‘monstermoskee’, mensen uitten bedreigingen en dienden klachten in. De moskee was niet welkom.
Mensen uit de geloofsgemeenschap werden boos over de ongelijkheid die naar boven kwam en angstig om de twijfels die dit met zich meebracht. Zij vroegen zich het volgende af: Vindt de Nederlandse samenleving vrijheid wel echt belangrijk? Als men tegen een moskee is, is men dan ook tegen moslims? Waarom wordt er gestreden voor de gelijkheid van allerlei groepen, maar geldt deze gelijkheid niet voor iedereen? Hebben mensen niet door dat moslims óók Nederlanders zijn? Komt nu ineens de discriminatie naar boven, waarvan ik dacht dat deze niet aanwezig was in Nederland? Ben ik dan niet meer welkom in mijn eigen land?